zaterdag 6 augustus 2011

Koningspython in de mode

Python regius, wildkleur
Evolutiebiologen zien de mens gewoon als een dier. En gelijk hebben ze. Wij mensen zijn wat kaal uitgevallen mensapen, nauw verwant aan de chimpansee en de gorilla. Maar ter geruststelling voor iedereen die vindt dat de mens een 'status aparte' verdient in het dierenrijk, is er - althans in mijn ogen - één wezenlijk verschil tussen mens en dier. De mens is het enige dier dat andere levende wezens selectief kweekt om de evolutie naar zijn hand te zetten. Talloze honden-, katten- en appelrassen vormen het bewijs. 
Een kweekvorm: piebald



Ook slangenhouders zijn mensen. En dus zijn ook slangen proefkonijn als het gaat om deze vorm van gedirigeerde evolutie. Vooral de rode rattenslang (Pantherophis guttatus) en de koningspython (Python regius)  zijn de klos. De rode rattenslang telt al tientallen gekweekte mutaties, waarvan sommige in de verste verte niet meer doen denken aan het 'oertype'. Maar de laatste jaren lijkt het erop dat de rode rattenslang sterke concurrentie krijgt van de koningspython. Afgaande op de lijst van standhouders die op 9 oktober op de Slangendag in Houten staan, lijkt de koningspython veruit de meest aangeboden slang te worden. 
Kweekvorm, pastel genaamd.
Dat mag bijna een wonder heten, want zo'n 25 jaar geleden was een koningspython nog 'bijzonder'. De dieren werden weliswaar massaal uit West-Afrika geïmporteerd, maar veel slangen legden vrij snel het loodje. Ze waren vaak te zeer verzwakt door de slechte omstandigheden waaronder ze bij de exporteur zaten en aten niet of nauwelijks. Parasieten en uitdroging eisten hun tol. Kortom, wie erin slaagde een koningspython langer dan een jaar in leven te houden, mocht zich al laten gelden als een autoriteit. En wie er in de jaren '80 van de vorige eeuw in slaagde te kweken met Python regius, kon rekenen op mateloze bewondering van zijn collega-slangenhouders. 
Inmiddels wordt de koningspython bij bosjes nagekweekt. Hoe dat kan? Allereerst waren er dankzij de eerste kweeksuccessen pythons op de markt gekomen die niet onder de (inwendige) parasieten zaten en die bovendien geen nadelige gevolgen hadden ondervonden van een langdurig, slecht verblijf bij een exporteur.
Kweekvorm: bumble bee.
  Doordat er inmiddels zo veel met de koningspython wordt gekweekt, is het niet verwonderlijk dat af en toe een afwijkend getekend of gekleurd exemplaar uit het ei piept. Zo'n afwijkend diertje is bijzonder en dus kostbaar. Kortom, veel kwekers vallen voor die 'buitenbeentjes' en proberen juist met deze slangen verder te kweken in de hoop op nog meer kleur- en tekeningvarianten (in het vakjargon 'morphs' genoemd). Elke nieuwe morph is geld waard, dus de uitdaging om morphs onderling weer te kruisen is groot. Het gevolg: de koningspython is in tal van variëteiten verkrijgbaar.